ZEESCHILDPAD.

 

In warme zeeën over de hele wereld

Zeeschildpadden leven in de warme zeeën over de hele wereld. Ze komen vooral voor rond de evenaar, in Amerika, Afrika, Azië en Australië. Ook in Europa komen zeeschildpadden voor. Daar leven ze in de Middellandse Zee, maar ook in de Noordzee en zelfs bij IJsland zijn zeeschildpadden gezien. De zeeschildpad heeft een platter en lichter schild dan de landschildpad. Soms is het nauwelijks een schild en meer een dikke huid. De zeeschildpad heeft lange, platte voorpoten, die hij gebruikt om te zwemmen. De zeeschildpad zwemt veel onder water, maar moet wel af en toe naar boven om lucht te happen.

Zeven soorten zeeschildpadden

Er zijn 265 verschillende soorten schildpadden. Zeven daarvan zijn zeeschildpadden. Hun namen en leefgebieden:

  • Soepschildpad of groene zeeschildpad (Chelonia mydas) – rond de evenaar.
  • Lederschildpad (Dermochelys coriacea) - van de tropen tot in koud water.
  • Karetschildpad (Erethmochelys imbricata)– bij koraalriffen.
  • Onechte karetschildpad of Dikkopschildpad (Caretta caretta) – in koelere zeeën. Flatback zeeschildpad (Natator depressus) – bij Australië.
  • Olive Ridley dwergschildpad of Warana (Lepidochelys olivacea) – over de hele wereld.
  • Kemps Ridley zeeschildpad (Lepidochelys kempii) – vooral in de Golf van Mexico.
  • Over de vraag of de zwarte zeeschildpad (Chelonia agassizi) een eigen soort is, lopen de meningen uiteen. Deze schildpad komt ten westen van Midden-Amerika voor.

Krokodillen, hagedissen en dinosauriërs

Schildpadden zijn reptielen, net als krokodillen, hagedissen en dinosauriërs. Reptielen leggen eieren en ze zijn koudbloedig, wat betekent dat ze warmte van buiten nodig hebben om zichzelf op temperatuur te houden. Een hagedis in de zon en een zeeschildpad in warm water zijn daarmee bezig. Reptielen hebben ook een opvallende huid. Geen glad vel, haren of veren, maar schubben. Bij de schildpad zijn de schubben van hoorn, met daaronder een laag van bot. Samen vormen die twee lagen zijn schild.

Snelle zwemmers

Schildpadden worden vaak als voorbeeld gebruikt van hoe langzaam je kunt gaan. Dat geldt niet voor een zwemmende zeeschildpad. Met zijn platte schild glijdt hij gemakkelijk door het water. Met zijn lange voorpoten die aan het uiteinde een soort roeispanen hebben, kan hij veel kracht zetten. Daardoor haalt een zeeschildpad bij het zwemmen hoge snelheden. Een groene zeeschildpad kan met 35 kilometer per uur door het water en dat maakt hem tot het snelste reptiel. Zeeschildpadden zien beter onder dan boven water en zwemmen ook het liefst onder de oppervlakte. Dat kunnen ze zonder problemen een kwartier volhouden. Dan moeten ze naar boven om lucht te halen. Wanneer ze het rustig aan doen, kunnen ze uren op de bodem van de zee blijven liggen. Sommige zeeschildpadden doen daar zelfs een winterslaap.
 
Menu zeeschildpad: planten of dieren
Zeeschildpadden halen hun voedsel uit de zee, maar ze eten niet allemaal hetzelfde. De dikkopschildpad eet bijvoorbeeld graag oesters, de lederschildpad duikt liever naar diep water om kwallen te zoeken. De karetschildpad plukt sponzen, zeedieren die veel op koraalriffen zitten. De groene zeeschildpad is de enige die geen andere dieren eet. Hij eet planten en zeegras, dat hij in ondiep water van de bodem graast
Zeeschildpaddeneieren op het strand
Zeeschildpadden komen alleen aan land om hun eieren te leggen. Daarvoor zwemmen ze meestal naar het strand waar ze zelf geboren zijn, ook al is dat duizenden kilometers ver. Daar paren ze eerst in het water. Als het donker is, kruipt het vrouwtje daarna aan land. Voor een zeeschildpad is dat een zware en gevaarlijke klus. Lopen kost een zeeschildpad veel moeite en snel wegkomen voor een dier dat van schildpadden houdt, zit er niet in. Eenmaal op het land, graaft het vrouwtje een kuil, legt daar haar eitjes in, en dekt alles weer af met zand. De eitjes zien eruit als zachte pingpongballetjes en een zeeschildpad legt er ongeveer honderd en soms zelfs tot tweehonderd per keer. Sommige zeeschildpadden stampen het zand waarmee de eitjes zijn afgedekt nog een beetje aan door er met de onderkant van hun schild op heen en weer te wiebelen. Zo valt het nest minder op.

Zon maakt jongetjes en meisjes
Een zeeschildpad verbergt haar eitjes op het strand onder een laagje zand. Daarna broedt de zon ze in 45 tot 75 dagen uit. De warmte van de zon bepaalt of er jongetjes of meisjes uit de eieren komen. Is het erg warm, dan komen er meer meisjes. Bij lage temperaturen komen er meer jongetjes. Is alles normaal, dan komen er ongeveer evenveel jongetjes als meisjes. Eenmaal uit het ei, gaan de jonge zeeschildpadjes als het donker is op een holletje naar zee. Zij die dat halen, leven daar de eerste jaren van kleine zeedieren. Zelf zijn ze ook voedsel voor andere zeedieren en voor vogels. Van elke duizend kleine zeeschildpadjes, worden er met al die gevaren maar enkele volwassen. Dat duurt lang: minstens tien en soms wel vijftig jaar. Maar dan nog hebben ze een flinke tijd voor zich, want zeeschildpadden kunnen meer dan honderd jaar oud worden.